Fietsen op de Passo dello Stelvio
De Passo dello Stelvio (Stilfserjoch in het Duits) is een van de bekendste bergpassen van Europa. Met een hoogte van 2.758 meter is het de op een na hoogste verharde bergpas van Europa en een must voor iedere fiets liefhebber. Regelmatig wordt de Stelvio opgenomen in het parcours van de Giro d’Italia. De haarspeldbochten die kronkelend naar beneden lopen vanaf de top gezien zijn prachtig. In deze blog vertellen we je alle ins- en outs van de beklimming en de omgeving van de Stelvio en waar je het beste kunt overnachten als je deze Alpenreus wilt beklimmen.
De omgeving
De Stelvio ligt in het noordwesten van Italië op de grens met Zwitserland in het gelijknamige Nationaal Park Stelvio. Op de top van de berg komen drie talen samen: Italiaans Duits en Reto-Romaans. Omliggende bergen zijn de Ortler in het oosten en de Monte Scorluzzo in het zuiden. Bekende steden in de omgeving zijn Sankt Moritz (Zwitserland) ten westen van de berg, Bozen ten oosten van de berg en tenslotte Trento ten zuiden van de berg.
De berg is vanaf drie kanten te beklimmen. De ‘klassieke’ route vertrekt vanuit Prato (Prad am Stilfserjoch). Dit was ook ons vertrekpunt en in deze blog wordt de beklimming ook beschreven als vanuit Prato. Een tweede populaire route vertrekt vanuit Bormio. Ten slotte is het ook mogelijk om vanuit Zwitserland de Stelvio te beklimmen. Met deze route fiets je de Umbrailpass to 3 kilometer onder de top om vervolgens aan te sluiten om de route vanuit Bormio.
Klimprofiel (vanuit Prato)
De helse maar mythische beklimming van de Stelvio is bijna 25 kilomter lang en overbrucht ruim 1850 hoogtemeters. De klim is grofweg in twee stukken te delen. Een ‘licht’ deel en een loodzwaar deel. Vanuit het dorpje Prato is het de eerste +/- 10 kilometer fietsen tegen gemiddeld bijna 6% stijging. Hier kan je nog versnellingen schoon houden, welke je zeker nodig gaat hebben om het tweede deel van de klim. Zodra je het dorpje Trafoi bent gepasseerd begint het tweede deel van de klim en vanaf hier is het alleen nog maar zwaar, zwaarder, zwaarst.
Vanaf Trafoi gaat de klim het bos in. Vanaf hier komen de stijgingspercentages nauwelijks nog onder de 8% en is het tot aan de top 14 kilometer klimmen aan gemiddeld 8.3%. Een ‘voordeel’ is dat de steilste kilometer 9.5% is waardoor de stijgingspercentages nooit heel lang in de dubbele cijfers komen. Het ‘nadeel’ hiervan is dan weer dat je nergens de druk van de pendalen kan halen zonder vrijwel direct tot stilstand te komen. Ongeveer halverwege dit 14 kilometer durende tweede deel kom je boven de boomgrens. Hier gaat ook de hoogte een rol spelen. Doordat je nu boven de 2000 meter bent is er minder zuurstof in de lucht waardoor ademen moeizamer gaat.
De beklimming
Het is aan te raden vroeg te beginnen met de beklimming van de Stelvio. Allereerst doordat het erg warm kan zijn in de zomer waardoor het alleen maar zwaarder wordt als je later start. Daarnaast is de Stelvio pass ook erg geliefd bij motorrijders. Des te eerder je begint des te minder ‘last’ je hiervan hebt. De eerste kilometers is het dan ook heerlijk rustig fietsen langs een riviertje. Als eerste passeer je hier de tuin met allemaal doodshoofden. Een creepy beeld waar je graag snel voorbij fietst. Je steekt het riviertje over bij Haus Burger. De beklimming is hier lekker geleidelijk en er zijn nog nauwelijks haarspeldbochten. Het eerste dorpje dat je tegenkomt is Gomagoi. Na dit dorpje loopt de weg een paar honderd meter vlak waardoor je even bij kunt komen en de druk van de benen kan halen. Vervolgens loopt de weg met gelijkmatige stijging van 6 à 7 procent door tot het dorpje Trafoi.
Aangekomen bij Hotel Bella Vista in Trafoi volg je een haarspeldbocht naar rechts waarmee de tweede deel van de klim begint. Vanaf hier zijn het 45! haarspeldbochten naar de top. In het bos volgen de haarspeldbochten elkaar snel, later worden de rechte stukken langer. Een getraind fietser zal kunnen genieten van de prachtige omgeving, maar een minder getrainde fietser zal hier nauwelijks de energie voor hebben. Dit stuk door het bos is ongeveer 5 kilometer en is met ongeveer 9% het steilste stuk van de klim . Zodra je een café / restaurant passeert en weer een bocht naar rechts maakt, begint het laatste stuk van de beklimming. Hier is nauwelijks nog beschutting van bomen en de rechte stukken zijn lang. Je kan de top regelmatig zien en hij lijkt zo dichtbij, maar is in realiteit nog heel ver weg. De lucht wordt ijler wat het ademen moeilijker maakt. Vanaf ongeveer 2 kilometer onder de top worden de rechte stukken weer wat korter en is de klim bijna volbracht. Nog een laatste bocht en een akelig steil stuk en je bent eindelijke boven!
De top
Je zult, hoogstwaarschijnlijk, niet alleen zijn op de top van de Stelvio. Het is hier een ware kermis met meerdere stands waar je allerlei wielerspullen gerelateerd aan de Stelvio kan kopen. Ook zijn er veel bratwurst stands voor de vele, met name Duits sprekende, motorrijders. Je kunt jezelf hier ook laten vereeuwigen met het uitzicht op de haarspeldbochten of bij een van de ‘Stelvio-borden’. Wij hebben bij Rifugio Quinto Alpini een heerlijke chocomel gedronken en apfelstrudel gegeten om op krachten te komen. Vervolgens de afdaling terug naar Prato waarbij je op moet letten dat je je warm aankleedt. Door de hoge snelheden die je haalt in de afdaling en de kou op ruim 2500 meter hoogte is de kans op verkleumde lichaamsdelen anders groot. En dat wil je niet hebben als je ook regelmatig flink in de remmen moet knijpen.
Kijk hier trouwens voor het perfecte cadeau voor wielerliefhebbers!
Met de bus
Mensen die de Stelvio niet kunnen of willen beklimmen met de fiets (of auto of motor) maar wel graag naar de top willen, kunnen met de bus naar boven. Vraag hiernaar bij de receptive van je hotel of camping. Veelal is de bus gratis omdat het in de prijs van de toeristenbelasting zit. Dit is handig voor toeschouwers die wel je mooie moment op de top willen delen. Geef aan hen je warme spullen en eventueel normale schoenen mee.
Overnachten
Zoals eerder aangegeven beklommen wij de Stelvio vanuit Prato. Je hebt hier meerdere hotels & campings om te overnachten.
Camping Sägemühle
Residence Ortlerhof
Dit driesterrenhotel is in onze ogen de beste hotel-optie in Prato. De buitenkant is typisch Tiroler, inclusief de typische bloembakken vol met geraniums. De kamers zijn modern, strak en van alle gemakken voorzien. Een standaard kamer is voorzien van een eigen badkamer, keuken, living en ruime slaapkamer. Ook heb je je eigen balkon met uitzicht op de bergen. Het hotel is dan ook beoordeeld met een 9,5! Een overnachting in dit hotel is vanaf 70 euro per nacht.
Ga jij de uitdaging aan om deze machtige reus te beklimmen? Wij zijn heel beniewd naar jullie ervaringen. Laat ons weten als je vragen hebt!
